Laatst vroeg iemand mij naar mijn grootste ergernis. Ik hoefde daar niet lang over na te denken; amateurisme. Later dacht ik er nog over na en vroeg ik mezlef af wat het is waardoor ik mezelf daaraan rot erger? Ik meen mezelf goed genoeg te kennen dat ik iedereen in de eigen waarde laat en me zeker niet ga bemoeien met andermans leven. Maar de eerlijkheid gebied me te zeggen dat het wel vaak op het puntje van m’n tong ligt.
Als we het woordenboek erop naslaan, dan is de letterlijk betekenis van amateurisme ‘beoefening uit liefhebberij’ en ‘ondeskundig’. Ik zou er nog een betekenis aan willen toevoegen: ‘labbekakkerig’. Een woord dat je niet zo vaak hoort, zal ik maar zeggen. Met amateurisme is in de basis helemaal niets mis. In de sportwereld zien we meer amateurs dan professionals. Prima, vooral blijven doen. Sporten moet leuk zijn, de lat niet te hoog leggen maar jezelf wel voortdurend blijven uitdagen. Streven naar het hoogst haalbare, maar dat is geen doel op zichzelf. De factor plezier is van groter belang dan het halen van doelen, waardoor het voor veel amateur sporters een aantrekkelijk tijdverdrijf is. Om nog maar over de borrelpraatprestaties te zwijgen.
Amateurisme wordt anders als het de kop op steekt in het bedrijfsleven of in het openbaar bestuur. Beoefening uit liefhebberij en ondeskundigheid kan hier niet de maatstaf zijn, simpelweg omdat een groter doel gediend wordt en het van belang is dat er een substantiële bijdrage wordt geleverd, vanuit specifieke kennis, kunde en vaardigheid. Een kenmerk van een amateur is vaak de opmerking ‘ik doe toch mijn best’. Maar helaas, je best doen geen garantie voor succes. Waarom? heel eenvoudig….Van een piloot wordt niet verwacht dat hij via de intercom alle passagiers welkom heet en er achteraan zegt ‘ik ga mijn best doen om dit vliegtuig veilig aan de grond te zetten in New York’. Een professional staat voor zijn job en voert dit goed uit. Hij speelt veerkrachtig in op omstandigheden en toont betrouwbaar gedrag door na te komen wat hij heeft beloofd. Hoe meer verantwoordelijkheden, hoe omvangrijker en diepgaander de selectieprocedure is, want we willen de beste persoon op de juiste plek hebben. Helaas kom ik maar al te vaak in mijn werk in contact met mensen, waarvan ik me afvraag hoe zij op een positie zijn gekomen. Een selectie op specifieke kennis, kunde en vaardigheden kan het niet geweest zijn. Mensen die niet competent zijn, vertonen al heel snel gemaskeerd amateurgedrag en zakken vroeg of laat door het ijs. Men heeft onvoldoende bagage om ver te komen en in sommige gevallen is dat al heel snel zichtbaar. Bij het volgen van de politiek (landelijk of plaatselijk), wordt dit soms genadeloos zichtbaar. Waar mijn irritatie over amateurisme vooral door komt, is het zich niet bewust zijn van het feit dat het onmiskenbaar zichtbaar is. Ofwel het enorme bord voor de kop van de persoon in kwestie. Het bord zorgt ervoor dat er wordt gewreven in een vlek en het daarmee nog erger wordt. De amateur probeert zich te verhullen, de vermoorde onschuld te spelen, of te doen alsof hij de materie in zijn vingers heeft. Het tegendeel is waar en iedereen prikt er doorheen.
Maar amateurisme heeft ook een positieve keerzijde, namelijk dat we in feite maar wat aanklooien. Het maakt allemaal niet zo veel uit, doe maar iets. Het mist focus en doelgerichtheid en dat is soms prima en zeer energiegevend. Het aanklooien zorgt er namelijk voor dat er buiten gebaande paden wordt gelopen en er ruimte is voor innovatie. Voorwaarde is dan wel dat je als klooier ook écht je oude patronen durft los te laten en jezelf durft uit te dagen. Dan ontstaat er een nieuw soort gedrevenheid van de buitencategorie. Ikzelf sta me dan ook zo nu en dan toe om maar even maar wat aan te klooien. Nieuwe business ideeën ontstaan dan en ik sla een compleet nieuwe weg in! Ik merk dan steeds weer opnieuw dat het functioneel inzetten van amateurisme voor een enorme boost zorgt. Het uitproberen waard….Hoe amateuristisch ben jij?